Vleugeltrein
Een vleugeltrein is een vorm van spoorwegexploitatie waarbij meerdere treinen op een gemeenschappelijk traject gekoppeld rijden. Treinen uit verschillende richtingen ("vleugels") ontmoeten elkaar in een bepaald station, worden aan elkaar gekoppeld en zetten de rit voort als één trein. Omgekeerd kunnen de treinen worden ontkoppeld en ieder via een andere route ("vleugel") verder gaan. Dankzij moderne technieken, zoals automatische koppelingen, doorloopkoppen en het rijden in treinschakeling, kunnen deze procedures vrij snel plaatsvinden zonder veel oponthoud in de combinatie- en splitsingsstations.
Het voordeel van een vleugeltrein boven twee aparte treindiensten is, dat dit systeem minder spoorcapaciteit vergt op het gemeenschappelijke traject. De lengte van een trein heeft geen invloed op de capaciteit, maar het aantal treinen (hoe kort deze ook zijn) wel. Bovendien wordt er personeel uitgespaard: in elk geval een treinbestuurder en (als de trein doorloopmogelijkheden heeft) ook een of meer conducteurs.
Nadelen zijn er echter ook: bij het splitsen en combineren van treinstellen kunnen storingen optreden, waardoor er vertragingen kunnen ontstaan. Als één treindeel vertraagd is, moet het niet-vertraagde treindeel er op wachten, waardoor meer reizigers (dan bij twee aparte treindiensten) last krijgen van vertraging. In sommige gevallen laat men beide treindelen dan apart doorrijden, en gaat het voordeel van het combineren verloren.
Nederland
In Nederland bestaat de vleugeltrein al bijna zo lang als er spoorwegen bestaan. Een bekend voorbeeld zijn de Intercitytreinen uit Noord-Nederland naar de Randstad. Zij bestaan uit een trein Leeuwarden – Rotterdam Centraal en een trein Groningen – Den Haag Centraal. In Zwolle worden het Leeuwarder en het Groninger deel gekoppeld (gecombineerd) om als één trein te rijden naar Utrecht Centraal. Daar worden de treinen weer ontkoppeld (gesplitst). Dezelfde vleugeltreinen rijden overigens wel apart achter elkaar op de deeltrajecten Meppel - Zwolle en Utrecht - Gouda.
Een ander voorbeeld van vleugeltreinen is de Intercity Alkmaar – Maastricht / Heerlen, die gesplitst wordt in Sittard.
Voorbeelden van vroeger waren te zien op het Middennet, waar de treinen Den Haag SS / Rotterdam CS - Arnhem splitsten en combineerden in station Gouda, en in Noord-Holland, waar de treinen Amsterdam CS - Haarlem - IJmuiden / Alkmaar datzelfde deden in station Velsen-IJmuiden Oost, later in Santpoort Noord.
De treinen van de Zoetermeer Stadslijn werden de eerste jaren gesplitst op station Centrum West, waarna één deel linksom ging en één deel rechtsom.[bron?] Na terugkomst op Centrum West reden de twee delen weer gecombineerd naar Den Haag Centraal. Door de grote storingsgevoeligheid is men hier al snel vanaf afgestapt, en gingen de treinen apart "linksom" en "rechtsom" rijden.
België
In België zijn de bekendste vleugeltreinen die op de lijn Blankenberge / Knokke – Tongeren. In Brugge worden de treinen gesplitst of gekoppeld. In het weekend wordt de trein zelfs aan beide kanten gesplitst; dan rijdt de trein niet naar Tongeren, maar naar station Luik-Guillemins en Genk, en wordt er ook in Landen gesplitst of gekoppeld. De rechtstreekse verbindingen zijn dan Knokke – Genk en Blankenberge – Luik-Guillemins.
Duitsland
In Duitsland worden vleugeltreinen (in het Duits Flügelzug[1] genaamd) steeds meer toegepast. Het lightrailnetwerk rond Aken bijvoorbeeld is gebaseerd op dit principe.
- ↑ (de) Zie de:Flügelung in de Duitse Wikipedia.