Fransum
Plaats in Nederland | |||
---|---|---|---|
Situering | |||
Provincie | Groningen | ||
Gemeente | Zuidhorn | ||
Coördinaten | 53° 17′ NB, 6° 27′ OL | ||
Woonplaats (BAG) | Den Ham | ||
|
Fransum (Gronings: Fraansum) is een oud kerkdorpje in de gemeente Zuidhorn in de Nederlandse provincie Groningen. Het dorp bestaat uit de romaanse kerk van Fransum, een boerderij en een huis.
Vanaf Den Ham loopt een smalle weg naar de wierde, waarvan het laatste gedeelte onverhard. Over de wierde loopt van noord naar zuid een oude dodenweg. Vanuit Fransum liepen vroeger kerkpaden naar Aduard, Altenaauw, Beswerd en Den Ham. Veel van deze paden zijn later verdwenen, maar een aantal is hersteld als fietspad.
De dichter C.O. Jellema heeft een van zijn gedichten gewijd aan het kerkje. Even ten zuiden van de wierde heeft een plaatselijke boer een eigen kerkje, het Kerkje van Harkema gebouwd.
Geschiedenis
Volgens Wobbe de Vries is de naam Fransum waarschijnlijk afgeleid van Frankhem en verbasterd tot Frankshem. Hij vergelijkt het met Saaksum en Englum en stelt dat er tijdens de grote volksverhuizingen waarschijnlijk 'vreemden' zijn meegekomen: Fransum zou dan slaan op de Franken, Engelum op de Angelen en Saaksum op de Saksen.[1] Volgens Karstkarel betekent Fransum echter 'heem van Frank'.[2]
Fransum ligt op het voormalige schiereiland Middag in het Westerkwartier op een wierde van ongeveer 3,4 meter boven NAP. Rondom de wierde ligt een restant van de oude ringsloot. De wierde is zowel op de IJzertijd/Romeinse periode als op de Middeleeuwen (5e tot 8e eeuw) gedateerd. Bij opgravingen ter voorbereiding op de restauratie van de kerk in 1948 werden graven van voor de 13e eeuw aangetroffen. In de jaren 1970 werden er inheems Romeinse en middeleeuwse scherven aangetroffen in de bodem.
Kerkelijk leven
De kerk dateert uit het begin van de 13e eeuw. Bij het bodemonderzoek in 1948 werd vastgesteld dat de kerk geen voorgangers heeft gehad. Het kerkje bevat de oudste bakstenen preekstoel van Nederland, die dateert uit de 14e of 15e eeuw.
Fransum lag tussen de landerijen van het klooster van Aduard en was waarschijnlijk volledig afhankelijk van dit klooster. Het kon zich daardoor niet ontwikkelen tot een dorp. Ook na de reductie, toen de kloosterlanderijen in handen van de provincie kwamen, gebeurde dit niet doordat het dorp Aduard deze functie op zich nam en niet het afgelegen Fransum. De kerk werd toen een 'provinciale kerk', wat wil zeggen dat de provincie Groningen de zorg voor de kerk op zich nam. Het kerspel van de kerk omvatte in de middeleeuwen ook het dorpje Den Ham, maar in 1555 splitste de Den Ham zich af van Fransum. Na de reductie werd Fransum eerst in 1606 gecombineerd met de kerk van Feerwerd, vervolgens met Aduard. In 1611 werd de kerk weer gecombineerd met Den Ham, wat tot heden zo gebleven is.
Rond 1843 stonden er in het hele kerspel 29 huizen, waar ongeveer 170 mensen woonden. Twee huizen hiervan stonden (en staan) op de wierde, waar toen ongeveer 20 mensen woonden. In 1909 werd de laatste kerkdienst gehouden in de kerk. Fransum had vroeger ook een school, die echter in 1618 werd samengevoegd met (en overgebracht naar) die van Den Ham.
Zie ook
Literatuur
- Meinema, J. (1997), Fransum: uit de geschiedenis van Fransum en zijn kerk. Onnen: 't Widde Vool. 31 p.
- IJzerman, M.J. et al. (1996), Den Ham en Fransum door de jaren heen. Bedum: Profiel. 94 p.
- FRANSUM, Den Ham (nr. 5419). Kich. Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed.
- Fransum, Den Ham (nr. 16056). Kich. Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed.
- "De gemetselde preekstoel te Fransum", Nieuwsblad van het Noorden, 2 april 1927, bijlage 'Ter Verpoozing'
- "Het kerkje van Fransum; Naar het park van het Openlucht Museum te Arnhem?", Nieuwsblad van het Noorden, 28 juli 1933, p. 1
- "Noorder Rondblik: De kerk van Fransum", Nieuwsblad van het Noorden, 10 december 1981, p. 10
- Koos Bijlsma, "’Auto’s hoor je niet in Fransum, alleen het ruisen van de wind’", Dagblad van het Noorden, 13 mei 2006, p. 13