Haüyn
Het mineraal haüyn of haüyniet is een zwavel- en chloor-houdend natrium-calcium-aluminium-silicaat met de chemische formule Na4Ca2Al6Si6O22S2(SO4)Cl0,5. Het tectosilicaat behoort tot de veldspaatvervangers.
Eigenschappen
[bewerken | brontekst bewerken]Het grijze, blauwe, groene, rode of gele haüyn heeft een glas- tot vetglans, een blauwigwitte streepkleur en de splijting is perfect volgens de kristalvlakken [110], [011] en [101]. De gemiddelde dichtheid is 2,45 en de hardheid is 5 tot 6. Het kristalstelsel is isometrisch en het mineraal is niet radioactief.
Naamgeving
[bewerken | brontekst bewerken]Het mineraal haüyn is genoemd naar de Franse kristallograaf René Just Haüy (1743 - 1822).
Voorkomen
[bewerken | brontekst bewerken]Haüyn komt voornamelijk voor in silica-arme en alkali-rijke stollingsgesteenten. De typelocatie is de Monte Somma in Italië. De grootste kristallen zijn tot dusver gevonden in vulkanische puimsteen in Mendig in de Duitse Vulkaaneifel.