Pierre Beaumarchais
Pierre de Beaumarchais | ||||
---|---|---|---|---|
Algemene informatie | ||||
Geboren | Parijs, 24 januari 1732 | |||
Geboorteplaats | Parijs[1][2][3][4] | |||
Overleden | Parijs, 18 mei 1799 | |||
Overlijdensplaats | Parijs[3][5][2][4] | |||
Werk | ||||
Periode | 18e eeuw | |||
Genre | Theater | |||
Stroming | Verlichting | |||
Bekende werken | Le barbier de Séville, 1775; Le mariage de figaro, 1778 | |||
Dbnl-profiel | ||||
(en) IMDb-profiel | ||||
Lijst van Franstalige schrijvers | ||||
|
Pierre-Augustin Caron de Beaumarchais (Parijs, 24 januari 1732 – aldaar, 18 mei 1799) was een Frans schrijver, horlogemaker, wapenhandelaar, uitgever en monarchist.
Beaumarchais werd in eerste instantie beroemd door zijn avontuurlijke levenswandel. Als zoon van een horlogemaker verliet hij al snel het ouderlijk huis om zich in allerlei bezigheden te storten. Zo was hij musicus en leraar harp van de zussen van Lodewijk XVI. Samen met Pâris-Duverney hield hij zich onledig met handelszaken en financiële transacties. Hij schuwde evenmin politieke intriges.
In 1764 begeleidde hij zijn zus naar Spanje waar zij werd verleid en in de steek gelaten door een zekere Clavijo. Hij verwerkte deze gebeurtenis in het toneelstuk Eugénie (1767).
Zeer spraakmakend was de rechtszaak die de erfgenaam van zijn handelspartner Pâris-Duverney, graaf de La Blache, tegen hem aanspande. Deze laatste beschuldigde Beaumarchais van schriftvervalsing. In 1773 werd Beaumarchais in deze zaak veroordeeld. Hij gaf zich echter niet gewonnen en deed een beroep op de publieke opinie door het publiceren van vier Mémoires. Dit waren pamfletten waarin hij Goëzman, een raadsman betrokken bij het proces, beschuldigde van omkoopbaarheid. Het hielp echter niet, zijn houding werd officieel afgekeurd en zijn Mémoires werden uit de handel gehaald. Ondertussen waren deze pamfletten een groot kassucces: van het vierde pamflet waren in drie dagen zesduizend exemplaren verkocht. Het publiek kon het spirituele karakter en de gedurfde en levendige taal van de pamfletten wel waarderen.
Beaumarchais bleef actief op de meest diverse terreinen. Hij bezorgde een uitstekende uitgave van de werken van Voltaire, hij richtte een onderneming op om wapens te leveren aan de Amerikanen en hij nam het in zijn geschriften op voor de Franse koninklijke familie. In 1788 liet hij aan de boulevard de la Porte Saint-Antoine een stadspaleis bouwen, dat in 1789 werd voltooid.
Tijdens de Franse Revolutie werd Beaumarchais verbannen. Hij zou pas in 1796 naar Frankrijk terugkeren. Drie jaar later overleed hij in zijn woning. Hij werd begraven op de beroemde Parijse begraafplaats Père-Lachaise. Zijn woning werd in 1829 afgebroken voor de aanleg van het Canal Saint-Martin en het vergroten van het Place de la Bastille. De boulevard de la Porte Saint-Antoine werd in 1831 omgedoopt in boulevard Beaumarchais.
In 1895 werd op een driehoekig pleintje aan de rue Saint Antoine een standbeeld van Beaumarchais geplaatst. Het is gemaakt door Louis Clausade (1865-1899).
Literaire reputatie
[bewerken | brontekst bewerken]De literaire reputatie van Beaumarchais stoelt op twee toneelstukken: le Barbier de Séville (1775), een intrigekomedie en le Mariage de Figaro (1778), een onweerstaanbare en vrijpostige komedie. Dit laatste toneelstuk werd korte tijd verboden omdat het te onbeschaamd en te bedreigend was voor de gevestigde orde. Beaumarchais werd enkele dagen opgesloten in de gevangenis maar zag na zijn vrijlating zijn toneelstuk triomferen, zelfs bij de in het stuk geviseerde adel. Uit akte vijf van Le mariage de Figaro komt zijn vaak geciteerde zinsnede "Lof is waardeloos als kritiek verboden is" ("sans la liberté de blâmer il n'est point d'éloge flatteur").
Het in 1792 gepubliceerde la Mère coupable, een vervolg op le Mariage de Figaro, was van minder goede makelij.
De naam van Beaumarchais blijft voor altijd verbonden met Wolfgang Amadeus Mozart en zijn librettist Lorenzo da Ponte. Deze laatste bewerkte le Mariage de Figaro tot het libretto van de opera Le nozze di Figaro van Mozart.[6] Ook het toneelstuk le Barbier de Séville werd als basis gebruikt voor een opera, namelijk door Paisiello (in 1780) en Rossini (in 1816).
Bibliografie
[bewerken | brontekst bewerken]- 1767 - Eugénie, drame en cinq actes en prose, enrichi de figures en taille-douce, avec un essai sur le drame sérieux. A Paris, chez Merlin. Vertaald als: Eugenia, tooneelspel. Te Amsterdam, by de wed: Gerrit ten Boekelaar, junior, 1776
- 1770 - Les Deux Amis, ou le Négociant de Lyon. Drame en cinq actes en prose. A Paris, chez la Veuve Duchesne. Vertaald als: De twee vrienden of De koopman van Lion. Tooneelspel in 5 bedrijven. Te Amsterdam: by Pieter Meijer
- 1773-1774 - Mémoire à consulter, pour P.A. Caron de Beaumarchais, Ecuyer, Conseiller-secrétaire du Roi ... accusé
- 1775 - Le barbier de Séville, ou la précaution inutile. A Neuchatel, de l'Impremerie de la Société Typographique. Vertaald als: De barbier van Sevilie, of De onnutte voorzorg. Blijspel in vier bedrijven/ Te Utrecht bij H. Spruit
- 1777 - Collection complette des mémoires de monsieur de Beaumarchais, avec la suite de sa justification. Tome premier; Tome second. La Haye, aux depens de la compagnie
- 1778 - Le vœu de toutes les nations, et l'intérêt de toutes les puissances, dans l'abaissement et l'humilation de la Grande-Bretagne
- 1779 - Observations sur le mémoire justificatif de la cour de Londres
- 1781 - Influence du despotisme de l'Angleterre sur les deux mondes. Toegeschreven aan P.A. Caron de Beaumarchais en ook aan C. Gilloton de Beaulieu
- 1784 - La folle journée, ou les noces de Figaro. A Paris, chez la Veuve Duchesne. Vertaald als: Het huwelyk van Figaro, of De dag der zotheijd. Blyspel in ijf bedrijven. 'sHage: J.F.J. de Agé. In 1921 uitgegeven als: Een dag vol dwaasheid, of De bruiloft van Figaro. Amsterdam: Maatschappij voor goede en goedkoope lectuur
- 1787 - Tarare, opéra en cinq actes; avec un prologue. A Paris, de l'imprimerie de P. de Lormel
- 1792 - Pétition de Pierre-Augustin Caron Beaumarchais à la Convention nationale relative au décret d’accusation rendu contre lui dans la séance du 28 novembre 1792. A Paris: De L'Imprimerie Nationale
- ca. 1794 - L'autre Tartuffe, ou La mère coupable, drame moral en cinq actes, représenté pour la première fois à Paris, le juin 1792. A Paris, chez Maradan. Vertaald als: De twede Tartuffe, of De schuldige moeder. Tooneelspel. Amsteldam: Helders en Mars, 1797
- 1832 - Oeuvres complètes de Beaumarchais; préc. d'une notice sur sa vie et ses ouvrages. Tome premier et seconde; Tome troisième et quatrième; Tome cinquième et sixième. Paris: Lebrige Frères
- 1857 - Mémoires de Beaumarchais dans l'affaire Goëzman
Literatuur
[bewerken | brontekst bewerken]- 1976 - Janette C. Gatty. Beaumarchais sous la révolution. L'affair des fusils de Hollande. Leiden: E.J. Brill
Zie ook
[bewerken | brontekst bewerken]Erik Orsenna, Beaumarchais, un aventurier de la liberté, Stock/France culture, 2019
- ↑ Gemeinsame Normdatei; geraadpleegd op: 10 december 2014.
- ↑ a b Grote Sovjetencyclopedie (1969–1978); geraadpleegd op: 28 september 2015; paragraaf of sectie: Бомарше Пьер Огюстен Карон де.
- ↑ a b Beknopte Literaire Encyclopedie.
- ↑ a b Archivio Storico Ricordi; geraadpleegd op: 3 december 2020; Archivio Storico Ricordi-identificatiecode voor persoon: 15886.
- ↑ Gemeinsame Normdatei; geraadpleegd op: 30 december 2014.
- ↑ Jan de Kruijff, Mozart: Nozze di Figaro, Le, Inleiding