Naar inhoud springen

Verkiezingen voor het Europees Parlement 2009

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
(Doorverwezen vanaf Europese verkiezingen 2009)
Europees Parlementsverkiezingen 2009
banier verkiezingen aan het Berlaymontgebouw
banier verkiezingen aan het Berlaymontgebouw
Datum 4 t/m 7 juni 2009
Land Vlag van Europa Europese Unie
Te verdelen zetels 736
Opkomst 43,24% (Gedaald−2,4%-punt)
Stemmen
Partij Fractie van de Europese Volkspartij
Percentage
Zetels
36% (Gedaald−0,7%)
265 (Gedaald−23)
Partij Progressieve Alliantie van Socialisten en Democraten
Percentage
Zetels
25% (Gedaald−2,8%)
183 (Gedaald−34)
Partij Alliantie van Liberalen en Democraten voor Europa
Percentage
Zetels
11,4% (Gedaald−1,8%)
84 (Gedaald−20)
alt= ​ GUE/NGL ​ S&D ​ Groenen/VEA ​ ALDE ​ EVP ​ ECH ​ EVD ​ NI

GUE/NGL S&D Groenen/VEA ALDE EVP ECH EVD

NI
Opvolging verkiezingen
2004     2014
Portaal  Portaalicoon   Politiek
Europese Unie
Samenstelling na de verkiezingen van de delegatie van elke lidstaat

De Europees Parlementsverkiezingen 2009 waren de zevende verkiezingen voor een rechtstreeks gekozen Europees Parlement, voor de zittingsperiode 2009-2014. Zij vonden plaats van 4 t/m 7 juni 2009. Er werd in alle 27 lidstaten gestemd voor in totaal 736 parlementsleden.

Zie Verkiezingen voor het Europees Parlement voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Aantal zetels per land

[bewerken | brontekst bewerken]
Lidstaat 2009 2011[1] 2013[2]
Vlag van België België 22 22 22
Vlag van Bulgarije Bulgarije 17 18 18
Vlag van Cyprus Cyprus  6  6  6
Vlag van Denemarken Denemarken 13 13 13
Vlag van Duitsland Duitsland 99 99 99
Vlag van Estland Estland  6  6  6
Vlag van Finland Finland 13 13 13
Vlag van Frankrijk Frankrijk 72 74 74
Vlag van Griekenland Griekenland 22 22 22
Vlag van Hongarije Hongarije 22 22 22
Vlag van Ierland Ierland 12 12 12
Vlag van Italië Italië 72 73 73
Vlag van Kroatië Kroatië - - 12
Vlag van Letland Letland  8  9  9
Vlag van Litouwen Litouwen 12 12 12
Vlag van Luxemburg Luxemburg  6  6  6
Vlag van Malta Malta  5  6  6
Vlag van Nederland Nederland 25 26 26
Vlag van Oostenrijk Oostenrijk 17 19 19
Vlag van Polen Polen 50 51 51
Vlag van Portugal Portugal 22 22 22
Vlag van Roemenië Roemenië 33 33 33
Vlag van Slovenië Slovenië  7  8  8
Vlag van Slowakije Slowakije 13 13 13
Vlag van Spanje Spanje 50 54 54
Vlag van Tsjechië Tsjechië 22 22 22
Vlag van Verenigd Koninkrijk Verenigd Koninkrijk 72 73 73
Vlag van Zweden Zweden 18 20 20
totaal 736 754 766

Verkiezingsdata

[bewerken | brontekst bewerken]

Op 7 juni werd meer dan driekwart van alle afgevaardigden gekozen. De verkiezingsdata verschilden echter per lidstaat.

In verschillende EU-lidstaten werden er ook gemeentelijke en/of landelijke verkiezingen gehouden. In Luxemburg vonden parlementsverkiezingen plaats, Duitsland, Ierland, Italië, Letland, Malta en het Verenigd Koninkrijk hadden gemeenteraadsverkiezingen. België had verkiezingen voor het Brusselse Gewest, voor Vlaanderen en Wallonië. In Denemarken werd een referendum gehouden.

Zetelverdeling naar fractie

[bewerken | brontekst bewerken]

De zetelverdeling in het Europees Parlement was na de verkiezingen van 2009 als volgt:

Fractie Aantal zetels in Zetelverdeling (grafisch)
2009 2014[3][4]
Europese Volkspartij 265 274[5]
2009
        


Progressieve Alliantie van Socialisten en Democraten 184 196
Alliantie van Liberalen en Democraten voor Europa  84  83
De Groenen/Vrije Europese Alliantie  55  57
Europese Conservatieven en Hervormers  54  57
Europees Unitair Links/Noords Groen Links  35  35
Europa van Vrijheid en Democratie  32  31
niet-fractiegebonden leden  27  33
totaal 736 766
Zie Europese Parlementsverkiezingen 2009 in België voor het hoofdartikel over dit onderwerp.
Zie Europese Parlementsverkiezingen 2009 in Nederland voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Verenigd Koninkrijk

[bewerken | brontekst bewerken]

In het Verenigd Koninkrijk leed de Labour Party verliezen, en leek daarmee te worden afgestraft voor de nationale schandalen rond de hoge onkosten van zijn leden. De partij werd zelfs pas de derde partij, na de Conservatieve Partij en de United Kingdom Independence Party. Ook de extreemrechtse British National Party haalde voor het eerst twee zetels