Naar inhoud springen

Gustave de Jonghe

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Gustave Mathieu Ghislain de Jonghe (Gent, 30 juni 1785Ukkel, 20 april 1846) was een Belgisch politicus. Hij was lid van het Nationaal Congres, gemeenteraadslid van Gent en senator.

Gustave de Jonghe was een telg uit de familie de Jonghe. Hij was een zoon van burggraaf Théodore de Jonghe, laatste feodale heer van Ardooie, die in 1772 de titel van burggraaf had verkregen, en Isabelle Vilain XIIII, dochter Jean Jacques Philippe Vilain XIIII, burgemeester van Aalst en Gent en voorzitter van de Staten van Vlaanderen. Hij was een broer van burggraaf Auguste de Jonghe d'Ardoye, lid van de Provinciale Staten van Oost-Vlaanderen, lid van het Nationaal Congres en senator.

Hij bleef ongehuwd.

Onder het keizerrijk was De Jonghe onderluitenant bij een regiment jagers te paard.

In 1830 werd hij gemeenteraadslid van Gent. Hij werd verkozen tot een van de twaalf leden van het Nationaal Congres voor het arrondissement Gent. Zoals zijn broer bleef hij volledig zwijgzaam tijdens de openbare zittingen. Hij stemde telkens op dezelfde manier als de meerderheid: voor de onafhankelijkheidsverklaring, voor de eeuwigdurende uitsluiting van de Nassaus, voor de hertog van Nemours als koning, voor Surlet de Chokier als regent, voor Leopold van Saksen Coburg als koning en voor de aanvaarding van het Verdrag der XVIII artikelen.

Van 1834 tot 1845 was hij liberaal senator, verkozen door het arrondissement Kortrijk.

  • Carl BEYAERT, Le congrès national. Biographies des membres du congrès national et du gouvernement provisoire, 1830-1831, Brussel, Van Oest, 1930, 53.
  • Jean-Luc DE PAEPE en Christiane RAINDORF-GERARD, Le Parlement belge 1831-1894. Données biographiques, Brussel, Académie royale des sciences, des lettres et des beaux-arts de Belgique, 1996, 146.