Kunimitsu Takahashi, die al de eerste Japanse coureur was geweest die überhaupt een WK-race won (de 250cc-race tijdens de GP van Duitsland), werd nu ook de eerste Japanner die in de 125cc-klasse wist te winnen. De Ulster Grand Prix werd overschaduwd door twee sterfgevallen: Ron Miles verongelukte tijdens de trainingen en tijdens de 500cc-race werd een baancommissaris gedood door de machines van Tom Phillis en Roy Ingram.
Nog tijdens de start ontstond er al een ongeval, toen Hugh Anderson weggleed nadat hij een andere rijder, wiens machine niet wilde aanslaan, raakte. Ellis Boyce reed achter op Anderson waardoor beiden hun Nortons moesten parkeren. Tijdens de race raakten Tom Phillis en Roy Ingram elkaar. Beiden vielen en hun machines vlogen van de baan, waarbij een baancommissaris dodelijk werd getroffen. Gary Hocking won de race met bijna twee minuten voorsprong. Mike Hailwood werd weliswaar weer tweede (voor de vijfde keer), maar Hocking was nu definitief zeker van zijn wereldtitel. Organisatie en publiek hoopten op een eerste raceronde met 100 mijl per uur gemiddeld, maar de regen belette dat.
Met zijn overwinning in de 350cc-race was Gary Hocking nu bijna zeker van de wereldtitel. František Šťastný vormde nog een bedreiging, maar die werd veel kleiner nu Alistair King tweede werd voor Št'astný, die nu alle races moest winnen. Hocking had echter aan twee punten in de laatste GP's genoeg, omdat Št'astný voor elke acht punten die hij scoorde er weer vier zou moeten aftrekken (de "streepresultaten").
Bob McIntyre won de 250cc-race, maar die vormde in de WK-stand geen bedreiging voor Mike Hailwood, die tweede werd en zijn puntenvoorsprong op Jim Redman en Tom Phillis uitbouwde. Er waren in de volgende drie GP's nog 24 punten te verdienen, maar door de streepresultaten kon niemand de volledige score nog bereiken. Hailwood en Redman konden hooguit op 48 punten komen, Phillis op 44 punten.
Kunimitsu Takahashi, die ook al de 250cc-GP van Duitsland had gewonnen, werd in Ulster de eerste Japanner die een 125cc-Grand Prix won. In de WK-stand speelde hij echter geen rol: daar ging het tussen Ernst Degner, die tweede werd, en Tom Phillis, die derde werd. Degner zou echter nog twee races moeten winnen om Phillis van de titel af te houden, waarbij Phillis geen enkel punt meer mocht scoren.