Isle of Man TT 1962
TT van Man 1962 | ||
---|---|---|
Officiële naam | Isle of Man Tourist Trophy | |
Land | Isle of Man | |
Datum | 4 tot 8 juni 1962 | |
Organisator | ACU/FIM | |
Senior TT (500 cc) | ||
Snelste ronde | Gary Hocking | |
Eerste | Gary Hocking | |
Tweede | Ellis Boyce | |
Derde | Fred Stevens | |
Junior TT (350 cc) | ||
Snelste ronde | Mike Hailwood | |
Eerste | Mike Hailwood | |
Tweede | Gary Hocking | |
Derde | František Šťastný | |
Lightweight 250 cc TT | ||
Snelste ronde | Bob McIntyre | |
Eerste | Derek Minter | |
Tweede | Jim Redman | |
Derde | Tom Phillis | |
Lightweight 125 cc TT | ||
Snelste ronde | Luigi Taveri | |
Eerste | Luigi Taveri | |
Tweede | Tommy Robb | |
Derde | Tom Phillis | |
50 cc TT | ||
Snelste ronde | Ernst Degner | |
Eerste | Ernst Degner | |
Tweede | Luigi Taveri | |
Derde | Tommy Robb | |
Sidecar TT | ||
Snelste ronde | Max Deubel/ Emil Hörner | |
Eerste | Chris Vincent/ Eric Bliss | |
Tweede | Otto Kölle/ Dieter Hess | |
Derde | Colin Seeley/ Wally Rawlings |
De Isle of Man TT 1962 was de derde Grand Prix van het wereldkampioenschap wegrace-seizoen 1962. De races werden verreden van 4- tot en met 8 juni op het eiland Man. Alle klassen kwamen aan de start, maar voor de 350cc-klasse en de 500cc-klasse was het de seizoensopening.
Algemeen
[bewerken | brontekst bewerken]De TT van Man werd overschaduwd door twee dodelijke ongevallen. Het was het debuut van de 350cc-Honda RC 170 en met een dergelijke machine verongelukte Tom Phillis in de tweede ronde van de Junior TT bij Laurel Bank. Tijdens dezelfde race verongelukte Colin Meehan met een AJS 7R bij Union Mills. De dood van Phillis zou zijn vriend Gary Hocking ertoe bewegen na de TT van Man onmiddellijk te stoppen met motorraces. Ook Kunimitsu Takahashi stopte met motorraces nadat hij in de Lightweight 125 cc TT ernstig gewond raakte en hetzelfde overkwam Horst Burkhardt, die uit het zijspan van Florian Camathias viel. Er werden enkele kleine mijlpalen bereikt: zowel in de Lightweight 125 cc TT (Luigi Taveri) als in de Sidecar TT (Max Deubel/Emil Hörner) werd de eerste ronde met een gemiddelde boven 90 mijl per uur gereden. Gary Hocking reed in de Senior TT de eerste ronde boven 100 mijl per uur met staande start, Chris Vincent en Eric Bliss scoorden de eerste overwinning voor een BSA in de TT en Beryl Swain was de eerste vrouwelijke deelnemer in een soloklasse.
Senior TT
[bewerken | brontekst bewerken]8 juni, zes ronden (364 km)
De Senior TT begon met een hevig gevecht tussen Gary Hocking en Mike Hailwood. Na de eerste ronde had Hocking 1,6 seconde voorsprong, maar daarna kreeg Hailwood problemen. Hij verloor eerst zijn eerste versnelling en moest daarna 13 minuten in de pit wachten tot zijn koppeling gerepareerd was. Hij finishte als twaalfde. Hocking won de race en toonde hoe sterk de MV Agusta 500 4C was. Ellis Boyce werd met een Norton Manx tweede met bijna tien minuten achterstand en vlak voor Fred Stevens (Norton).
Top tien tussenstand 500cc-klasse
[bewerken | brontekst bewerken]Conform wedstrijduitslag
Junior TT
[bewerken | brontekst bewerken]6 juni, zes ronden (364 km)
In de Junior TT vochten Mike Hailwood en Gary Hocking met hun MV Agusta 350 4C's een hevige strijd uit. Hocking zette de toon met de eerste ronde met staande start met meer dan 100 mijl per uur gemiddeld. Hij leidde toen met tien seconden voorsprong. Honda-coureur Tom Phillis was derde, maar hij viel in de tweede ronde bij Laurel Bank en overleed korte tijd later. Hailwood reed een nieuw ronderecord en reed het gat met Hocking dicht. Halverwege had hij tien seconden gewonnen op Hocking. Ze stopten naast elkaar om te tanken. Daarna won Hailwood nog een seconde en reden ze in dezelfde tijd. Hocking kreeg wat mechanische problemen, maar in de laatste ronde lagen ze bij Ramsey nog naast elkaar. In de laatste 20 kilometer over de snelle Mountain Section wist Hailwood nog vijf seconden te winnen. Hocking werd tweede en František Šťastný (Jawa) werd met zeven minuten achterstand derde. Het debuut van de viercilinder Honda RC 170 viel in het water. Niet alleen door het ongeval van Phillis, maar ook Bob McInyre viel uit.
Uitslag Junior TT[bewerken | brontekst bewerken]
|
Niet gefinisht[bewerken | brontekst bewerken]
Niet deelgenomen[bewerken | brontekst bewerken]
|
Top tien tussenstand 350cc-klasse
[bewerken | brontekst bewerken]Conform wedstrijduitslag
Lightweight 250 cc TT
[bewerken | brontekst bewerken]4 juni, 6 ronden (364 km)
Dat een Honda de 250cc-race zou winnen was van tevoren wel zeker, maar Honda had niet verwacht dat dat een privérijder zou zijn. Derek Minter had via de Britse importeur een 1961-Honda RC 162 te leen gekregen en won met twee minuten voorsprong op fabrieksrijder Jim Redman. Tom Phillis werd derde. Honda was niet gelukkig met de overwinning van Minter, ook al omdat Mike Hailwood in het seizoen 1961 met een gekochte RC 162 zelfs wereldkampioen was geworden. Hailwood was contractueel gebonden aan MV Agusta en mocht niet met een Honda rijden. Daarom kwam hij met een Benelli 250 Bialbero aan de start, maar hij viel uit.
Uitslag Lightweight 250 cc TT[bewerken | brontekst bewerken]
Niet gefinisht[bewerken | brontekst bewerken]
|
Niet deelgenomen[bewerken | brontekst bewerken]
|
Top tien tussenstand 250cc-klasse
[bewerken | brontekst bewerken]Pos | Coureur | Merk | Ptn |
---|---|---|---|
1 | Jim Redman | Honda | 22 |
2 | Bob McIntyre | Honda | 12 |
Tom Phillis (†) | Honda | ||
4 | Derek Minter | Honda | 8 |
5 | Dan Shorey | Bultaco | 7 |
6 | Alberto Pagani | Aermacchi | 4 |
7 | Arthur Wheeler | Moto Guzzi | 3 |
8 | Jean-Pierre Beltoise | Morini | 2 |
9 | Benjamin Savoye | Mondial | 1 |
Marcel Toussaint | Benelli |
Lightweight 125 cc TT
[bewerken | brontekst bewerken]6 juni, drie ronden (182 km)
In de 125cc-race wist Mike Hailwood met zijn tweetakt-EMC goed partij te geven. Hij reed aanvankelijk 20 seconden achter Luigi Taveri met vier andere Honda's achter hem. Taveri reed de eerste 125cc-ronde met meer dan 90 mijl per uur gemiddeld (90.13 mph), terwijl Hailwood bij Glen Helen stilviel. Zo werd Tommy Robb tweede en Tom Phillis derde. Met vijf Honda's in de top vijf was het toch geen feest bij Honda, want Kunimitsu Takahashi raakte bij een val zo ernstig gewond dat hij voorlopig niet meer met motorfietsen zou racen.
Uitslag Lightweight 125 cc TT[bewerken | brontekst bewerken]
|
Niet gefinisht[bewerken | brontekst bewerken]
|
Niet deelgenomen[bewerken | brontekst bewerken]
|
Top tien tussenstand 125cc-klasse
[bewerken | brontekst bewerken]Pos | Coureur | Merk | Ptn |
---|---|---|---|
1 | Kunimitsu Takahashi | Honda | 16 |
2 | Luigi Taveri | Honda | 15 |
3 | Jim Redman | Honda | 14 |
4 | Tommy Robb | Honda | 10 |
5 | Tom Phillis (†) | Honda | 4 |
6 | Mike Hailwood | EMC | 3 |
Rex Avery | EMC | ||
Derek Minter | Honda | ||
9 | Ernst Degner | Suzuki | 2 |
10 | Jorge Kissling | Bultaco | 1 |
Francesco Villa | Mondial |
50 cc TT
[bewerken | brontekst bewerken]8 juni, twee ronden (121 km)
De Britten stonden wat sceptisch tegenover de 50cc-klasse. Het was al moeilijk genoeg geweest om de 125cc-klasse op Man en in de Ulster Grand Prix van de grond te krijgen en met nog kleinere motorfietsjes zou dat niet makkelijker zijn. Toch stonden er niet minder dan 33 machines aan de start, waaronder de eerste vrouwelijke soloracer Beryl Swain. De eerste GP's (Spanje en Frankrijk) waren een prooi voor Kreidler (Hans Georg Anscheidt en Jan Huberts) geweest, waarbij Luigi Taveri met de Honda RC 110 ook veel punten had gescoord. De Suzuki RM 62 was er nog helemaal niet aan te pas gekomen. In de TT van Man werd dat anders: Ernst Degner won met de Suzuki met een recordronde van 75,52 mijl per uur en een gemiddelde van 75,12 mijl per uur. Dat had hem in de 125cc-race op de dertiende plaats gebracht. Luigi Taveri werd tweede voor zijn teamgenoot Tommy Robb. Ook Mitsuo Itoh en Michio Ichino reden hun Suzuki's in de punten. De twee ronden waren wat teleurstellend voor het publiek en in de TT van 1963 zouden dat drie ronden worden.
Uitslag 50 cc TT[bewerken | brontekst bewerken]
|
Niet gefinisht[bewerken | brontekst bewerken]
Niet deelgenomen[bewerken | brontekst bewerken]
|
Top tien tussenstand 50cc-klasse
[bewerken | brontekst bewerken]Pos | Coureur | Merk | Ptn |
---|---|---|---|
1 | Luigi Taveri | Honda | 14 |
2 | Hans Georg Anscheidt | Kreidler | 11 |
3 | Tommy Robb | Honda | 9 |
4 | Jan Huberts | Kreidler | 8 |
Ernst Degner | Suzuki | ||
6 | Kunimitsu Takahashi | Honda | 7 |
7 | José Maria Busquets | Derbi | 6 |
8 | Wolfgang Gedlich | Kreidler | 3 |
Mitsuo Itoh | Suzuki | ||
10 | Seichi Suzuki | Suzuki | 2 |
Sidecar TT
[bewerken | brontekst bewerken]4 juni, drie ronden (182 km)
Aanvankelijk leek de 23e achtereenvolgende overwinning voor BMW in de maak, met Max Deubel/Emil Hörner en Florian Camathias/Horst Burkhardt comfortabel aan de leiding. In de tweede ronde viel Camathias stil bij Kerrowmoar nadat hij bakkenist Burkhardt verloren was, waardoor Chris Vincent en Eric Bliss met hun BSA opschoven naar de tweede plaats, maar met vier minuten achterstand op Deubel. Die reed de eerste ronde in de Sidecar TT met een gemiddelde boven de 90 mph, maar viel ook uit en zo scoorde BSA zijn eerste TT-overwinning. Otto Kölle werd tweede en het Britse succes werd compleet met de derde plaats van Colin Seeley (Matchless).
Uitslag Sidecar TT[bewerken | brontekst bewerken]
|
Niet gefinisht[bewerken | brontekst bewerken]
Niet deelgenomen[bewerken | brontekst bewerken]
|
Top tien tussenstand zijspanklasse
[bewerken | brontekst bewerken]Pos | Coureur | Bakkenist | Merk | Ptn |
---|---|---|---|---|
1 | Max Deubel | Emil Hörner | BMW | 16 |
2 | Otto Kölle | Dieter Hess | BMW | 13 |
Chris Vincent | Eric Bliss | BSA | ||
4 | Florian Camathias | Horst Burkhardt | BMW | 12 |
5 | Claude Lambert | Alfred Herzig | BMW | 5 |
6 | Colin Seeley | Wally Rawlings | Matchless | 4 |
7 | Arsenius Butscher | Heiner Vester | BMW | 3 |
8 | Heinz Luthringshauser | Horst Knopp | BMW | 2 |
Harold Scholes | Ray Lindsay / Keith Scott |
BMW | ||
10 | Georg Auerbacher | Eduard Dein / Josef Zach |
BMW | 1 |
Eric Pickup | Keith Scott / Ray Lindsay |
BMW |
Trivia
[bewerken | brontekst bewerken]Vrouwenverbod
[bewerken | brontekst bewerken]De Fédération Internationale de Motocyclisme was kennelijk verrast door de inschrijving van Beryl Swain in de 50cc-race. Zij trok haar racelicentie in omdat de motorsport te gevaarlijk zou zijn voor vrouwen.[3] Dit verbod bleef bestaan tot in 1978, maar in de Manx Grand Prix bleef het verbod zelfs geldig tot in 1989. Beryl Swain probeerde zelfs via de Lieutenant Gouvernor van het eiland Man haar licentie terug te krijgen, maar de TT maakte deel uit van het wereldkampioenschap wegrace waarvoor de FIM verantwoordelijk was, en bovendien nam de organisatie van de amateurrace, de Manx Grand Prix het verbod over. In de geest van de tijd vond ook een groot deel van het publiek dit verbod aanvaardbaar.
- https://www.iomtt.com/tt-database/events?meet_code=TT62%20%20&era=3
- Luigi & Gianna Rivola: De geschiedenis van de motorsport, oorsprong en ontwikkeling, 1993 Uitgeverij Uniepers b.v., Abcoude ISBN 90 6825 131 7
Voetnoten
- ↑ Kunimitsu Takahashi was bij zijn val in de 125cc-race ernstig gewond geraakt.
- ↑ Horst Burkhardt viel uit het zijspan van Florian Camathias en raakte zo ernstig gewond dat hij zijn carrière moest beëindigen.
- ↑ Het verbod werd niet ingesteld door de organiserende Auto-Cycle Union, maar door de Fédération Internationale de Motocyclisme, die een ongeluk met een vrouw indertijd minder aanvaardbaar vond dan dat van een mannelijke deelnemer. Mogelijk werd die angst gevoed door de dood van bakkeniste Marie Lambert tijdens de Sidecar TT van 1961.
Vorige race: Grand Prix-wegrace van Frankrijk 1962 |
FIM wereldkampioenschap wegrace 14e seizoen (1962) |
Volgende race: TT Assen 1962 |
| ||
Vorige race: Isle of Man TT 1961 |
Isle of Man TT | Volgende race: Isle of Man TT 1963 |